Anna Dickijian is 5 jaar geleden uit Damascus gevlucht met haar man en twee kinderen. Ze woont nu in Bergeijk en is ontzettend gemotiveerd om hier een leven op te bouwen. ‘Ik heb meteen Nederlands op A1- en A2-niveau geleerd. B1-niveau wilde ik ook, maar je krijgt dit alleen vergoed als je het in een bepaalde tijd haalt. Met Corona was dat niet mogelijk en dan zou ik het zelf moeten betalen. Dat geld hadden we niet.’
Op zoek naar werk
Anna heeft Engelse literatuur gestudeerd aan de universiteit en gaf bijles Engels. Toen ze in Nederland kwam, wilde ze graag werken. ‘Je moet je huur betalen en hebt een gezin van 4 mensen die moeten eten. Bovendien is thuisblijven niet goed voor je. Dan heb je teveel tijd om na te denken over je familie die nog in Damascus zit. Ik wil hier een sociaal leven opbouwen. Mensen leren kennen. En werk is daarvoor heel belangrijk.’
Maar ondanks haar opleiding en het feit dat ze Engels sprak, vond ze geen baan. ‘Toen ik hier kwam droomde ik ervan om bij de gemeente te werken of bij een groot bedrijf, dat ik daar als tolk misschien kon werken. Maar ik werd niet eens uitgenodigd op gesprek. Nu zou ik iedere baan accepteren.’ Anna heeft zelfs een paar weken gratis bij een supermarkt gewerkt die haar daarna zei dat ze niet geschikt was, omdat ze geen Nederlands kon praten of begrijpen. ‘Ik heb de hele weg naar huis gehuild. Ik had juist hele positieve reacties gehad achter de kassa. Ik ben goed met mensen en ik vraag ook altijd “kunnen jullie mij begrijpen”? Maar blijkbaar wilden ze me daar toch niet hebben.’
Van vrijwilligerswerk…
Uiteindelijk ging Anna aan de slag als vrijwilliger bij Vluchtelingenwerk. ‘Ik heb als tolk mensen geholpen. Ik ging bijvoorbeeld mee naar doktersafspraken of oudergesprekken op school. Eerst als tolk naar het Engels, maar nu ook naar het Nederlands.’